Afbeelding van een krant op een tafel, met daarop een bril en daarnaast een tas koffie.

“Pour une Constituante des peuples d’Europe”

Op 12 juni 2005 verscheen in de franse krant “Le Monde” een opiniestuk van de hand van Gérard Pappalardo, “président du conseil de l’ordre du Grand Orient de France” en nog drie andere oud-voorzitters. De volledige tekst van het stuk is beschikbaar op het Internet: “Point de vue: Pour une Constituante des peuples d’Europe“. We geven hier enkele markante passages weer.

La crise de la représentation politique nécessite de penser une autre République‘.

Le temps est donc venu de procéder à l’élection au suffrage universel d’une Assemblée constituante des peuples d’Europe, pour procéder à la nouvelle étape et sortir du funeste traité de Nice…

…ce texte, nouveau catéchisme moral, révèle enfin ce que la situation américaine avait révélé lors des derniers scrutins présidentiels : l’Eglise reprend le contrôle des appareils politiques pour mener son propre programme. Contre la liberté des femmes de choisir, des couples de s’unir, contre le droit de mourir dans la dignité, la contraception, la procréation assistée, le progrès médical, la recherche.

Afbeelding van een krant op een tafel, met daarop een bril en daarnaast een tas koffie.

“Ik ben geen paus”

Op 26 mei 2004 verscheen in het weekblad “Knack” een interview met Jacky Goris, die op dat moment Grootmeester van het Grootoosten van België was. De volledige tekst van het artikel staat op het Internet (zie https://www.knack.be/), maar is enkel toegankelijk voor abonnees van het blad. We geven hier enkele markante citaten weer.

(Het) spirituele aspect is voor mij ook belangrijk. De loge is een inwijdend genootschap, waarbij de inwijding tot leerling, gezel en meester wordt gezien als het langzame opstijgen naar een vorm van wijsheid. Ook de intense broederschap die je in de loge ervaart, is cruciaal. Maar ik wil een derde aspect niet veronachtzamen: de loge als société de pensée, waar wordt nagedacht over belangrijke maatschappelijke onderwerpen‘.


Er zijn loges die het tot hun project hebben gemaakt om buiten de typische vrijmetselaarsmilieus – ambtenarij, onderwijs, advocaten, artsen… – te rekruteren. Dat lukt niet altijd. Maar om te vermijden dat die enge rekrutering op den duur leidt tot de verenging van onze doelstellingen, moeten we breder kunnen gaan. Er zijn ongetwijfeld heel wat mensen die wij nu niet bereiken en die toch kunnen openstaan voor ons waardenarsenaal.


We moeten naar een interculturele samenleving, waarbij de verschillende culturen met elkaar vervlochten raken en mekaar blijvend bevruchten. Dat bereik je niet door één keer per jaar de traditionele couscousavond te organiseren.


Onze maatschappelijke relevantie is vandaag een stuk kleiner dan in de 19e en 20e eeuw. Dat vind ik jammer, omdat wij toch een bijdrage kunnen leveren. De vrijmetselarij is in de eerste plaats een inwijdingsgenootschap, dat gericht is op de vervolmaking van de mens, via het werk in de loge. En via de vervolmaking van de mens ook op de vervolmaking van de maatschappij. Het is dus in belangrijke mate een maatschappelijk project.